Wijzigingen wetten en regels voor ondernemers per 1 januari 2025

• Minder kosten voor overwerk personeel met vast contract
De eerste regel die verandert gaat over het Algemeen Werkloosheidsfonds. Het AWF. Moeten jouw vaste krachten veel overwerken? Dan hoef je daarover voortaan minder AWF-premie te betalen. Personeel met een vast contract mag je namelijk tot 30 % extra uren laten werken zonder dat dit in de kosten loopt. Werkt een personeelslid in een heel jaar toch meer dan 30% over? Dan moet je met terugwerkende kracht alsnog de hoge AWF-premie betalen.

• Lage-inkomensvoordeel verdwijnt
Het Lage-inkomensvoordeel verdwijnt, het LIV. Dit betekent dat je geen tegemoetkoming meer ontvangt in de loonkosten voor werknemers die minimaal 1.248 uur per jaar werken en een gemiddeld salaris hebben tussen de 100 en 125 % van het minimumloon.

• Stijging minimumloon
Elk half jaar wordt het wettelijk minimumloon aangepast. Op 1 januari 2025 stijgt het wettelijk minimumloon naar €14,06 per uur voor werkenden vanaf 21 jaar.

• Inkomstenbelasting 2025: verandering schijven en tarieven
Ook wordt het mes gezet in de schijven en tarieven van de inkomstenbelasting. De eerste schijf van box 1 wordt opgeknipt in twee delen. Box 1 bestaat dan niet uit twee, maar uit drie schijven. Vanaf 2025 betaal je in de nieuwe eerste schijf 35,82 % belasting over de eerste € 38.441. Dat is mínder dan vorig jaar en dus vooral gunstig voor lage inkomens.

De tweede nieuwe schijf loopt tot bijna € 76.817 en daar betaal je 37,5 % belasting over. Dat is weer ietsjes méér dan vorig jaar. De derde schijf gaat over alles daar boven, maar dat percentage blijft gelijk. Let wel op, want box 1 heeft aftrekposten zoals de zelfstandigenaftrek, de meewerkaftrek en de mkb-winstvrijstelling. En over deze aftrekposten betaal je iets meer belasting dan in 2024.

• Bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) verandert
De regels van de bedrijfsopvolgingsregeling, de BOR, veranderen. Dit is vooral belangrijk voor familiebedrijven. Neem je het bedrijf van je ouders over na een schenking of erfenis? Dan betaal je daar nu belasting over. Hoeveel dat is, hangt af van de waarde van het bedrijf.

Door gebruik te maken van de BOR daalt dat bedrag aan belasting. Voorheen hoefde je geen schenk- of erfbelasting te betalen als het bedrijf tot € 1,2 miljoen waard was. Die grens schuift op naar € 1,5 miljoen. Is je bedrijf meer dan dat waard? Dan krijg je een vrijstelling van 75% . En die was 83%.

Sta je aan de andere kant en schenk jij je bedrijf aan je zoon of dochter? Met de doorschuifregeling (DSR) hoef je geen inkomstenbelasting te betalen over de winst die je overhoudt. Die belasting gaat over op de volgende eigenaar. Je zoon of dochter dus. Daarnaast hoeft de nieuwe eigenaar niet meer minimaal drie jaar in dienst te zijn geweest van het bedrijf om aanspraak te maken op de voordelen.

Om hiervoor in aanmerking te komen moet je voldoen aan de zogeheten voortzettingseis. Waar je tot voor kort het bedrijf nog vijf jaar moest voortzetten, wordt dat vanaf 2025 drie jaar. Bovendien geldt de BOR alleen nog als je 21 jaar of ouder bent. Die leeftijdsgrens was er eerst niet.

• Invoering zero-emissiezones
De invoering van zero-emissiezones gaat plaatsvinden. Gemeenten mogen gebieden instellen waar alleen bestelauto’s en vrachtwagens met een lage uitstoot welkom zijn.

• BPM-vrijstelling verdwijnt
Koop je een bestelauto met CO2-uitstoot? Dan betaal je vanaf 2025 bpm, waardoor de aanschafprijs van bedrijfswagens met soms wel tienduizenden euro’s omhoog gaat. Elektrische bestelauto’s blijven nog wel vrijgesteld.
Ook het BPM-tarief voor plug-in hybrides gaat op de schop. In 2025 wordt dit bedrag gebaseerd op de CO2-uitstoot, net als bij andere voertuigen.

• Motorrijtuigenbelasting voor elektrische auto’s
Bovendien verandert de motorrijtuigenbelasting, die voorheen gratis was voor elektrische auto’s. Je moet in 2025 een kwart van de motorrijtuigenbelasting betalen voor je elektrische bestelauto. In 2026 betaal je het volle pond.

Bron: De Ondernemer